Inleiding

We hebben te maken met een moeilijke financiële situatie

We ontkomen niet aan bezuinigingen

Naar aanleiding van het rapport ‘De Sociale Staat van Almere’ hebben we bezuinigingen op welzijns- en cultuurbudgetten, die essentieel zijn voor de sociale cohesie en bestaanszekerheid van Almeerders, zoveel mogelijk vermeden. We zijn begonnen met maatregelen die weinig pijn doen, maar ontkomen er niet aan om ook pijnlijke maatregelen te treffen. Daar waar we nog efficiencymogelijkheden zagen hebben we daar eerst voor gekozen. Een voorbeeld is het in eigendom nemen van tijdelijke schoolgebouwen, in plaats van deze te huren. Verder hebben we gekeken of we bestaande activiteiten konden betalen uit geld van derden, zoals doeluitkeringen van het Rijk. Een voorbeeld is de bekostiging van bredeschoolontwikkelingen uit het onderwijs achterstandenbeleid. Daarna hebben we ons bij de keuze van de bezuinigingen laten leiden door het coalitieakkoord en het afweegkader uit de koersnotitie.

We bezuinigen niet op het coalitieakkoord

Beleidsterreinen waarop in het coalitieakkoord juist extra wordt ingezet hebben we zoveel mogelijk ontzien.

We hebben het afweegkader uit de koersnotitie gebruikt

De gemeenteraad heeft per motie besloten om kennis te nemen van de koersnotitie. Daarin hebben we ook een afweegkader opgenomen. Zoals in het afweegkader is aangegeven proberen we zoveel mogelijk de controles en administratieve lasten te verminderen. Daarom stellen we bijvoorbeeld automatische kwijtschelding voor in plaats van het woonlastenfonds en kiezen we waar mogelijk voor persoonsgebonden budget in de Wmo, in plaats van verstrekking in natura.

Tegelijk proberen we de bestaanszekerheid in stand te houden. We tornen bijvoorbeeld niet aan de regels voor kwijtschelding. Bij deze maatregelen kijken we niet alleen naar eigen gemeentelijk beleid, maar ook naar het beleid van het Rijk. Als het Rijk investeert, kunnen wij op onderdelen iets minder doen.
Bij de bezuinigingen schuiven we de problemen niet door naar toekomstige generaties. Voor het sociaal domein betekent dit bijvoorbeeld dat we de essentiële sociale infrastructuur ontzien. Voor beheer en onderhoud betekent dit dat we niet bezuinigen op groot onderhoud en vervangingen, maar wel op dagelijks verzorgend onderhoud. Tegelijk kiezen we waar mogelijk voor maatregelen die we kunnen terugdraaien als het financieel weer beter gaat. Denk hierbij aan het 1 keer in plaats van 2 keer per dag schoonmaken van de gymnastieklokalen of het minder verwijderen van graffiti.
Via de voorgestelde bezuinigingsmaatregelen zullen we ook onze partners raken. Daar ontkomen we niet aan.

U hebt op 26 september 2024 ingestemd met het verwerken van de maatregelen in de begroting

Uit de bespreking bleek grote betrokkenheid bij de voltallige raad bij de financiële situatie waar de gemeente voor staat. Er was een meerderheid voor de voornemens zoals het college die aan uw raad heeft gepresenteerd. We hebben de voorgenomen maatregelen daarom nu ook verwerkt in deze begroting.

In het 3e kwartaal bleek het tekort verder op te lopen

Dit kwam door de septembercirculaire en door tegenvallers op de jeugdhulp. We hebben daarom nog enkele maatregelen toegevoegd. De belangrijkste maatregel is dat we de loon en prijscompensatie die we krijgen van het Rijk één op één doorzetten naar onze maatschappelijke partners. We zullen een voorstel doen om de algemene subsidieverordening hierop aan te passen.

De begroting sluit met een tekort van € 1 miljoen in 2028

De begroting sluit met een tekort van € 1 miljoen in 2028, een symbolisch protest naar het Rijk.
Hiervoor is reden genoeg. We noemen drie nadelen in het gemeentefonds, van in totaal ruim € 50 miljoen structureel in 2028:

  • Het gemeentefonds daalt in 2026 met € 29 miljoen; het bekende ravijn.
  • Een technische bijstelling van de verdeelsleutel ‘huishoudens met een laag inkomen’. Dit kost ons vanaf 2025 € 6 miljoen.
  • Tekorten op de loon en prijs compensatie. Naar huidig inzicht gaat het om een nadeel van € 5 miljoen in 2026. Dit loopt op naar € 15 miljoen vanaf 2028.

We zouden ook een groter tekort kunnen laten zien, maar we hebben grote uitdagingen, bijvoorbeeld om meer grip te krijgen op de kosten van de jeugdhulp. Daarvoor staat nog een taakstelling open van € 17 miljoen structureel. Wij vinden het niet verantwoord om daar bovenop ook nog tekorten in de begroting te stapelen.
Doordat er bezuinigingen nog niet zijn ingevuld worden deze door de financieel toezichthouder ook afgetrokken van ons structurele en reële begrotingsevenwicht (SRE). Op basis van dit cijfer wordt onze begroting beoordeeld. Het SRE is vanaf 2026 negatief. Het invullen en realiseren van de niet ingevulde bezuinigingen is van cruciaal belang voor een structureel sluitende begroting vanaf 2026.

bedragen x € 1 miljoen

omschrijving

2024

2025

2026

2027

2028

saldo begroting na het 2e kwartaal

-30,3

-35,5

-31,7

-14,8

-15,2

3e kwartaalrapportage 2024

5,2

-18,8

-13,6

-12,6

-6,2

Perspectief na 3e kwartaalrapportage 2024

-25,2

-54,3

-45,2

-27,4

-21,3

nieuw beleid

-0,1

-6,4

-5,4

-4,6

-2,6

bezuinigingen

5,8

6,6

10,5

12,1

14,1

inkomstenverhogingen

0,0

9,8

11,0

11,2

11,3

aanvullen buffer

0,0

-1,5

-2,5

-2,5

-2,5

totaal

-19,5

-45,8

-31,7

-11,2

-1,0

Deze pagina is gebouwd op 11/18/2024 13:05:33 met de export van 11/15/2024 16:15:30