De netto schuldquote laat zien hoeveel schulden we hebben ten opzichte van ons jaarinkomen. Als de schulden lager zijn dan 100% van het inkomen, dan ziet het er gezond uit. Als de schulden hoger zijn dan 130% is het ongezond. Zoals uit de grafiek blijkt zijn onze schulden de laatste jaren flink gedaald. De komende jaren verwachten we een lichte stijging van onze schulden. We blijven ruim onder de grens van een gezonde schuldquote. Tot 2023 laten we de werkelijke cijfers uit de jaarrekening zien, vanaf 2024 de verwachting uit de begroting.

Dit is het percentage van ons spaargeld (reserves) ten opzichte van ons bezit (balanstotaal). Als je te weinig spaargeld hebt kun je in financiële problemen komen. We moeten in elk geval 20% van ons bezit met eigen spaargeld betalen. Als je meer dan 50% van je bezit met eigen geld hebt betaald ben je kerngezond.

Wij zitten hier tussenin. Kortom, zo op het eerste gezicht is onze spaarpot behoorlijk goed gevuld. Maar hierbij moeten we wel opmerken dat veel van ons spaargeld al een bestemming heeft. Denk bijvoorbeeld aan het Fonds Verstedelijking Almere. Daarom vinden we het beter om naar de buffer te kijken. Dat is onze 'vrije' reserve die we bij tegenvallers kunnen aanspreken. Tot 2023 laten we de werkelijke cijfers uit de jaarrekening zien, vanaf 2024 de verwachting uit de begroting.

De grondratio geeft aan hoeveel geld we hebben geïnvesteerd in grond die we nog moeten verkopen. Dit wordt uitgedrukt in een percentage van onze totale begroting. Dit is belangrijk, want als je te veel geld in grond geïnvesteerd hebt dan kun je in de financiële problemen komen. Als het percentage hoger is dan 35%, kan de provincie bezorgd raken.

Uit de grafiek blijkt dat we in 2011 tot 2015 te veel geld in grond hadden geïnvesteerd. We hebben toen veel grond moeten afwaarderen. Vanaf 2015 is de grondverkoop weer goed gaan lopen, en is de grondratio sterk teruggelopen. We verwachten dat de grondratio de komende jaren weer stijgt, vooral door de voorinvesteringen in de nieuwe grondexploitatie Nobelhorst fase 5 en Hortus. Door de verkoop van grond verwachten we dat dit percentage na 2026 weer zal gaan dalen.

In deze grafiek laten we het structureel reëel begrotingsevenwicht zien na aftrek van niet ingevulde bezuinigingen. De toezichthouder, het college van Gedeputeerde Staten van Flevoland eist dat dit positief is. Dat is ook de reden waarom het college van GS ons bij brief van 20 maart gevraagd heeft om met maatregelen te komen, om de begroting in evenwicht te brengen.

Dit hebben we gedaan. Bij deze begroting wordt een bezuinigingspakket van € 14 miljoen en inkomstenverhogingen van ruim € 11 miljoen voorgesteld. Hiermee dichten we het gat in de begroting. Echter, is de begroting alleen in de jaren 2024 en 2025 structureel sluitend na aftrek van de niet ingevulde bezuinigingen. Dit komt omdat er in 2026 nog voor € 14 miljoen aan niet ingevulde bezuinigingen zijn. In 2027 en verder gaat het om € 18 miljoen aan niet ingevulde bezuinigingen. Dit gaat vooral om de bezuinigingen op de jeugdhulp. Het invullen en realiseren van deze bezuinigingen is van cruciaal belang voor een structureel sluitende begroting in 2026. We zijn hard aan de slag om richting de begroting met voorstellen te komen om dit in te vullen.

Om u een idee te geven, hebben we de woonlasten voor een gemiddeld gezin weergegeven. Daarbij gaan we er vanuit dat dit gezin in een gemiddeld koophuis woont én onroerende zaakbelasting, afvalstoffenheffing en rioolheffing betaalt. Dat is afhankelijk van het type woning waarin dit gezin woont.

In de grafiek is te zien dat onze woonlasten hoger zijn dan het landelijke gemiddelde.